. Wat een overweldigende drukte als we bij het sportcomplex aankomen. Veel auto's op zoek naar een parkeerplekje en mensen her en der. Met moeite komen we bij de inschrijftafel, waar de dames druk werk hebben om het een ieder naar de zin te maken. Het is nog vroeg, dus heb ik nog tijd om hier en daar met de vele bekenden een praatje te maken en mijn aanstaande SOP-tocht te promoten. Maar op een gegeven moment word het mij toch te druk en verkas ik naar buiten.Ook hier een drukte van belang. Degenen die hier eerder zijn geweest, houden beide uitgangen in de gaten, want het is telkens weer de vraag, waar de routes worden uitgedeeld. Niet eerder dan de officiële starttijd, half negen, worden de papiertjes uitgedeeld en gaat de stroom naar buiten. De snellere lopers dringen zich naar voren en wij krijgen de ruimte om een blik op de omgeving te werpen. Rolf heeft zich bij ons gevoegd en vertelt over zijn belevenissen op de diverse wandelingen van de laatste tijd. Hij is er best trots op dat hij weer zo ver is opgekrabbeld na zijn tegenspoed. Ook ik laat mij niet onbetuigd en zo gaan de eerste paar honderd meters in rap tempo voorbij. Het weer is prachtig, als zo vaak rond deze tijd van het jaar. Een strak blauwe lucht en een licht voelbare bries uit het oosten. Overal om ons heen tiert het fluitenkruid en ook andere wilde bloemen. De bermen staan er vol mee en ik kan mij voorstellen dat de insecten het best naar de zin hebben. Eenmaal boven op de dijk aangekomen, enigszins hijgend weliswaar vanwege de klim, hebben we een nog weidser uitzicht. Heine, die zichzelf als 'groenwerker' wil laten kennen, moppert op het hoge gras en het vele onkruid in de bermen. Hij beseft niet dat dit juist de bedoeling is om de natuur vrij spel te geven en het ecosysteem zijn werk te laten doen. Ik probeer het hem uit te leggen, maar het dringt niet tot hem door. Na een twintigtal minuten moeten we afscheid nemen van Rolf, want we lopen verschillende afstanden en hier is een splitsing. Maar geen nood, even verderop voegt zich een dame, een Dordtse, bij ons en heb ik weer iemand om tegen te praten. Het zonnetje is inmiddels hoger geklommen en de warmte die hij uitstraalt, voel ik goed. Ik heb dan ook de neiging om mijn jasje uit te doen, maar stel het uit tot aan de wagenrust, die weldra zal komen. Maar eerst lopen we nog over de Dordtwijcklaan met het fraaie landhuis, waar Heine in vervoering naar staat te kijken. Zijn vraag of het te bezichtigen is, moet ik onbeantwoord laten. Ik kan tenslotte niet alles weten, niet waar. En we lopen langs het wooncentrum, Dubbelmonde, het tehuis van de ouders van de dame die met ons meeloopt. In de Drakensteynlaan gaat de dame in kwestie door en gaan Heine en ik rusten in de tuin bij de bekende familie Bijl, die elk jaar weer hun tuin ter beschikking stelt aan DVD. Wij zijn de eersten die aankloppen en worden dan ook hartelijk ontvangen door Ria en Anita, die de verzorging van de wandelaars op zich genomen hebben. Wij zoeken ons een plekje in de tuin en nestelen ons in de kussens. Wandelen is niet alleen maar afzien en blaren oplopen. Algauw na ons komen er meerderen en tegen de tijd dat wij opstappen om verder te gaan, zijn er verschillende banken bezet. Heine zegt dat hij bekend is in deze buurt. Hij heeft hier pas nog geschoffeld en onkruid geplukt. Dus mag hij als gids optreden. Op luide toon geeft hij aan wanneer er een pijl in zicht is en welke richting we in moeten gaan. We zijn nog maar een 300 meter op weg of hij geeft aan dat hij zijn tas bij de rust heeft laten liggen. Geen nood, gewoon even teruglopen, maar daar voelt hij niet voor, ook niet als ik zeg dat ik op hem blijf wachten. Dus Frans gebeld en hem gevraagd of hij ervoor kan zorgen dat de tas, met voor hem belangrijke spulletjes, bij de finish gebracht kan worden. Helemaal gerustgesteld gaan we verder, maar kennelijk heeft het incident Heine meer aangegrepen dan te zien is, want in de Baron van Boetzelaerlaan gaan we in de fout en zien een pijl over het hoofd. Dan is het toch maar goed dat we een routebeschrijving hebben. Een vriendelijke Dubbeldammer verzekert ons ervan dat we terug moeten lopen. Terwijl Heine mij op de keurig geschoffelde grond wijst, schiet ik nog even een zijstraat in om daar te merken dat Theo niet thuis is. Teruglopend naar het Reewegpad blijft Heine mij erop wijzen dat het hier heel wat beter onderhouden is dan elders. Vanaf het Reewegpad, waarvan ik niet eerder gehoord heb, is het nog een fluitje van een cent in kilometers gemeten, maar voor het gevoel duurt het een eeuwigheid eer we bij de finish zijn en Heine zijn hart kan luchten over zijn vergeten tas. Maar Frans heeft zijn Anita even in de steek gelaten en heeft de tas hier gebracht. Een geweldige service. Ik vergeet niet om de organisatie te danken voor de geweldige tocht. Quirinus. |