Vaak is het moeilijk om te kiezen, maar vandaag springt Breda er bovenuit, dichtbij huis, vriendelijke lui en aantrekkelijke tochten. Komt nog bij dat er voor het zuiden droger weer wordt verwacht. Eén ding is minder aantrekkelijk en dat is het parkeerprobleem. Er zijn weinig plaatsen beschikbaar. Maar goed, je kunt niet alles hebben, dus op zaterdagochtend is Heine op de afgesproken tijd bij ons en kunnen we vertrekken. Zoals verwacht, zijn alle plekjes al vergeven als wij in de Duivelsbruglaan aankomen, dus moeten we ongeveer 500 meter verder rijden om te parkeren. Heine begint tegelijk al te mopperen, maar zo erg is het ook weer niet. Komen de spieren mooi los en kunnen we er straks volop tegenaan. In 'Mariëndal', het startbureau is het afgestampt vol, maar in de drukte zie ik Theo glunderend zitten. Hij heeft zijn ticket al te pakken en begint zo meteen aan de afstand van 25 km. Onze 10 km, die we van plan zijn, steekt daarbij schril af. Ik schaar me in de lange rij voor de inschrijftafel en ga bij elke inschrijving een stapje naar voren. Uiteindelijk heb ik betaald en het kaartje in handen. Heine is het wachten beu en gaat er gelijk met de grote horde vandoor om er een paar honderd verderop achter te komen dat hij mij mist. De telefoon rinkelt en Heine meldt zich. Na een paar minuten kunnen we samen verder het grote bos gaan verkennen. Inmiddels is de grootste druk weggeëbt, voor ons uit zien we ze wegtrekken, en hebben we het rijk min of meer alleen. Anders dan ik gedacht heb, zijn de paden redelijk schoon en kunnen we zonder te zigzaggen voortstappen. Heine moppert nog wat na over het verre parkeren en de grote massa in het startbureau, maar algauw toont hij zijn interesse voor de omgeving. Vooral het sprokkelhout dat er her en der verspreid ligt. Hij, als groenwerker, is gewend om alles op te ruimen en de boel netjes achter te laten. Ik leg hem uit dat hier de boel blijft liggen om de bacteriën in stand te houden en om het klein wild schuilgelegenheid te geven. Door ervaring wijs geworden, houden we de routebeschrijving bij de hand, want zo'n gekleurd bordje kan over het hoofd gezien worden of weggehaald zijn. Zoiets overkomt ons bij het naderen van de Marellenweg. Voorlopig maken we er ons niet eens druk om, want we zijn hier omringd door Dafjes uit vervlogen tijden. In allerlei uitvoeringen en kleuren. Trotse eigenaren zijn maar al te graag bereid om ons tekst en uitleg te geven over bouwjaar en capaciteit van de vehikels van een halve eeuw of meer oud. Keurig gepoetst staan ze op elkaar te wachten om tezamen lol te maken. Dat lol maken slaat natuurlijk op de bezitters van deze curiositeiten uit de vorige eeuw. Maar in de consternatie, Heine somt een hele lijst van namen op van bezitters van zo'n voertuig bij ons uit de straat en naaste omgeving, zijn we het wandelen een beetje uit het oog geraakt en we lopen dan ook wat heen en weer op zoek naar de 'Dennenlucht', onze beoogde rustplaats. Met een paar aanwijzingen van anderen worden we weer op het goede spoor gebracht en komen we waar we wezen moeten. Hier zijgen we neer en genieten van onze consumptie. Heine kijkt zijn ogen uit en vraagt honderduit naar de vele voorwerpen die hier getoond worden. Zo gek kun je het niet noemen of het is er. Veel koperwerk, maar alles uit een ver verleden. Zelfs een bakkerskar wordt ons getoond. Het is moeilijk om al dit moois achter te moeten laten, maar we zijn intussen over de ons aan rusten voorgenomen tijd heen en we moeten verder. We volgen de route zoals aangegeven, belopen in een aantal minuten het Eeuwiglaantje en gaan wat verder alsnog in de fout. Het bij punt 117 aangegeven 'bospad over dammetje met houten leuning' wordt gemist en we staan voor het dilemma 'omkeren of doorgaan' en zelf de weg te zoeken. Wij of hoofdzakelijk ik kies voor het laatste en duik het bos weer in om even verderop op het aangegeven pad te belanden. Goed gegokt, dus. We lopen verder en na 10,5 km kunnen we met opgeheven hoofd bij 'Mariëndal', waar het nu een stuk minder druk is, binnenstappen. Heine verzorgt de administratieve zaken als afmelden en boekjes stempelen, terwijl ik een aangenaam gesprek aanga met Hennie uit Limburg, die op Theo zit te wachten. Wij hebben hier verder niets meer te zoeken, dus zoeken we de auto op en rijden naar huis. Quirinus. |