Met spanning wordt de dag tegemoet gezien. Als organisator ben ik er een jaar lang mee bezig geweest. Tientallen keren ben ik erop uit geweest om te controleren of alles klopt, want er mag mijn gasten aan niets ontbreken. Menig schietgebedje wordt in stilte gedaan, want het weer is een belangrijke factor voor het slagen van een tocht. Aan alles wordt gedacht. En nu is de dag daar en moet blijken of het werk niet voor niets is geweest. De dag begint vroeg, reeds om half zes lig ik te draaien en ook mijn vrouw, de lieverd, leeft helemaal mee. Het is nog donker als we de sponde verlaten en het dagelijkse ritueel van aankleden begint. Natuurlijk, ik had niet anders verwacht, moet het shirt uit en een ander aangetrokken worden. Een vlekje op de broek wordt niet opgemerkt, dus een andere broek ontsnap ik aan. Het ontbijt van muesli met yoghurt volgt en dan is het tijd voor de zon om boven de daken uit te komen. De weersverwachting is prima, daar mankeert het niet aan. Zonovergoten in deze contreien. Het moet lukken, denk je dan. Om half negen is het tijd om van huis te gaan. Het is weliswaar nog geen tien minuten naar Xiejezo, maar ik wil de eerste zijn. Nog even checken of ik alles bij mij heb. Er ontbreekt nog wat, het stempel dat ik verleden jaar speciaal heb laten maken. Oké, een kus, een groet en een 'tot straks' en weg ben ik. Een lichte teleurstelling als blijkt dat Bert, Jeanette en Henk zijn er al zijn en druk bezig met het schuiven van tafels voor de inschrijving. Het duurt niet lang of de eerste deelnemers melden zich. Langzaam volgen de anderen, waaronder Summer, Gaby en Sigourney, kleindochters. En van de kinderen zijn er Heine, Trudie, Martha en Annarina. Onze Conny heeft de verzorging op zich genomen en komt straks aan bod. Het aantal inschrijvingen valt enigszins tegen, maar met een gezellig ploegje van 65 kunnen we om tien uur van start gaan. Zelf loop ik niet mee, maar ben gedurende de gehele dag aanwezig om hand- en spandiensten te verrichten. Eventuele uitvallers op te halen en thuis te brengen en om te helpen opzetten en afbreken van de wagenrusten. Dat mag niet onderschat worden, zo'n wagenrust. Vooral niet zo Conny het doet. Pure verwennerij. De plekken zijn door mij tijdens de voorrondes uitgekozen en vastgelegd. Bij de eerste wagenrust, nog enigszins kouwelijk, staan mijn vrouw, trouwe helpster, Conny en ik te wachten op de lopers. Volgens het schema kunnen zij hier om elf uur zijn en ja hoor, precies op tijd komen ze uit het Develbos te voorschijn. Hun monden vallen open van verbazing bij het aanschouwen van al het lekkers. Mooi uitgestald op schalen staan de zelfgebakken cakes van verschillende smaken te lokken om opgegeten te worden. Zelfs aan de veganisten is gedacht. Gretig wordt er toegetast. Ik vraag bij deze en gene naar de ervaringen totnogtoe. Hoe was het om zo vlak langs de Devel te lopen? En hoe was het pad? Gisteren nog, heb ik hier een laatste controle uitgevoerd. Het was vochtig, maar geen plassen, dus werd het als begaanbaar bestempeld. Gaby dacht er iets anders over en had natte voeten gekregen. Maar voor de rest was iedereen enthousiast over dit eerste traject. Wie had ooit gedacht dat 'Mooi Zwijndrecht' ook werkelijk zo mooi zou zijn? Het rimpelloze water met de talloze vogels zoekend naar voedsel. Het wuivende riet met pluimen die het geheel iets sprookjesachtigs geven. En dat met een zon die aan het klimmen is aan de blauwe hemel. Ze raken er niet over uitgepraat. Maar Henk, de baankapitein, is onverbiddelijk en laat zijn fluitje snerpen, waarop de groep zich hervormd en verder gaat op de route. Ons met lege schalen, flesjes en een blij gevoel achterlatend. Als alles wat over is, is ingeladen, gaan Ma en Conny terug naar huis voor een vlugge lunch en om zich gereed te maken voor een tweede wagenrust, later in de middag. Ik ben nog maar amper op weg naar Rijsoord als Annarina belt en vraagt of zij opgehaald kan worden. Zij heeft last van een oude blessure, pijn in de heup en wil niet verder om haar gezin niet tekort te hoeven doen. Wegens enkele omleidingen in Heerjansdam duurt het even eer ik haar nabij de tennisvereniging, Heer Jan, kan oppikken. Zij geeft aan dat zij er wel bij wil blijven en met mij meerijdt. Hier vandaan gaan wij naar het sportpark in Rijsoord, waar de wandelaars rond half één verwacht worden. Met blijde gezichten komen ze boven en verbazen zich over de mooie ruimte waarin zij mogen lunchen. Er zijn diverse onderhandelingen aan vooraf gegaan. Sportmensen onder elkaar zijn altijd bereid om te helpen, maar er zijn vrijwilligers voor nodig en die worden met onze 24-uurs economie steeds schaarser. Ik geniet als de mensen bij mij komen om te vertellen dat ze het zo'n mooie route vinden. Dit verwacht je niet. Sigourney heeft een beetje last van spierpijn, maar klagen doet zij niet en aan opgeven heeft zij nog niet gedacht. Het is hier precies de helft en het mooiste stuk moet nog komen. Het kan haast niet, maar ik verzeker dat het echt zo is. De kantine doet goede zaken, de wandelaars komen op verhaal en Henk kijkt doorlopend op zijn horloge. Zijn fluitje klinkt en langzaam gaan de wandelaars overeind om hem de trap af te volgen voor het volgende deel. Nadat we de mensen bedankt hebben voor hun goede zorgen, gaan ook Annarina en ik op pad naar het Perenlaantje, waar de volgende stop is gepland. En weer ben ik benieuwd naar de reacties van de wandelaars over het parkoers. Eerst moeten de spullen nog gesjouwd worden, want Conny wil in het groen staan en ruimte geven aan de groep. Groen is er genoeg, maar we moeten wel een eindje sjouwen, want met de auto gaat niet. De tijd die over is, gebruikt Conny om naar walnoten te zoeken. Jammer voor haar is de oogst klein, want velen zijn haar kennelijk voor geweest. Van verre zien we ze aankomen, de lopers met blije gezichten. Wat hebben zij genoten. Wonderlijk dat zo weinig mensen weten van deze plek. Vooral het Perenlaantje heeft indruk gemaakt. Glunderend neem ik alle loftuitingen in ontvangst. En ook Conny is tevreden over de waardering die zij ontvangt voor haar prestatie als verzorgster. Nu volgt het laatste traject van 5 kilometer. Een groot gedeelte hebben we eerder al eens belopen, maar nog niet in de middag met hoogstaande zon. Het oeroude Dordrecht aan de overkant schitterend in het felle licht. De scheepjes op de rivier, die schijnbaar kriskras door elkaar heenvaren, maar zich toch aan strikte regels houden op dit 'drie rivierenpunt'. Maar eerst nog het beeldenpark met kunstuitingen in metaal of beton van vaak onbegrepen kunstenaars. En daarna onze gerestaureerde watertoren en op het laatst, vóórdat de weg naar het einde wordt ingeslagen, het Veerplein dat een grote opknapbeurt binnenkort te wachten staat. Een mooie afsluiting van een prachtige tocht. En als allerlaatste de binnenkomst om kwart vóór vier in Xiejezo van de blije gezichten, sommige vermoeid, maar allen vol tevredenheid over de belevenissen van deze dag. De weg naar huis met mogelijk fileleed moet nog even wachten. Eerst moeten ze hun emoties nog kwijt. Onder het genot van een drankje wordt er nagepraat en stuk voor stuk komen ze bij ons langs om ons te danken voor de mooie tocht en goede zorgen. Als laatste verlaten ook wij, als familie, het gezellige buurthuis en gaan voldaan naar huis. Wij hebben de dag van ons leven gehad. Quirinus. |