Het aanbod van wandelroutes in de naaste omtrek is magertjes, dus zoek ik het, ook vanwege de te verwachten warmte, nog dichter bij huis, namelijk mijn SOP-tocht voor aanstaande september. Heine is bereid om mee te gaan en Alida heeft ook zin om de benen, na een week kantoorwerk, eens te strekken. We spreken af bij Xiejezo en willen om acht uur starten. Afspraak is afspraak en om acht uur zetten we onze eerste stappen op naar 'hoe ver we komen'. Ik geef Heine de taak om ons min of meer de weg te wijzen en dus voorop te gaan. Echt iets voor hem en hij kwijt zich serieus van zijn taak. Bij elke hoek steekt hij zijn hand uit om ons te laten weten dat hij van richting gaat veranderen. Alida en ik volgen hem op enige afstand. Het gaat een poosje goed zo, maar bij het Pietermankerkje is Heine niet meer zo zeker van zijn zaak en loopt in eerste instantie een verkeerde kant uit, twijfelt dan en doet alsof hij een huis staat te bewonderen en komt ons vlug achterop als wij linksaf gaan, waar hij naar rechts is gegaan. Het is stil op straat, nauwelijks verkeer, op een enkele auto na die op weg is naar een dringender zaak dan het zaterdagse uitslapen. In het Molenvlietpark proberen de hondenuitlaters hun huisdier naar hun hand te zetten. De hondjes zijn gewend aan het vrouwtje en luisteren voor geen meter naar hun baasje, die noodgedwongen het bed hebben verlaten om de vrouw gunstig te stemmen. Heine gaat op elke hond af om hen even te aaien. Verderop, bij de afslag naar het Develbos, is Heine de kluts even kwijt en is hij geneigd rechtdoor te gaan, maar linksaf is de route. Ik roep hem terug en gewillig past hij zich aan. Voorlopig wijst de weg zich vanzelf en hebben we volop tijd om rond te kijken. In de verte schitteren de tanks van de suikerfabriek van Puttershoek in de zon. En af en toe zie je de gele lichtflits van de trein op de HSL-zuid opduiken tussen het groen. Het hoge riet is enigszins weggemaaid en ervoor in de plaats zie ik allerhande wilde bloemen opgroeien. De namen ervan ken ik niet, maar ze zijn prachtig van kleur. En ondanks de droogte, waar steeds over gesproken wordt, schieten de distels als paddenstoelen uit de grond. Een fuut met de hals fier rechtop en gevolgd door een paar fuutjes schiet uit het riet het wijde water van de Devel op. Waterhoentjes zitten samen met eenden broederlijk naast elkaar op de wallekant. Het is een lust voor het oog om dit allemaal te mogen zien. Alida en ik staan wel eens een moment stil om alles dat zich in de natuur afspeelt wat beter te bekijken, maar Heine loopt gewoon door. Zo zoetjes aan wordt de afstand tussen ons steeds een beetjes groter. Op de Molenwei verliezen we onze gids uit het oog en moeten we ernaar gissen of hij de juiste koers vaart. Op een gegeven moment worden we gebeld en vraagt hij ons waar we blijven. Hij staat op de Molenweg bij het bord 'Heerjansdam'. Kennelijk is hij rechtdoor gelopen daar waar rechtsaf de bedoeling was. Ik zeg hem dat hij maar moet blijven staan waar hij staat en moet wachten tot hij ons ziet. En inderdaad als wij bij 'Heer Jan, de tennisclub uit het groen te voorschijn komen, staat Heine ons op te wachten. En omdat het tijd is om even te rusten, zoeken we een rustig plekje op de skatebaan. Het thuisfront wordt op de hoogte gesteld van onze vooruitgang en de flesjes drinken worden aan de lippen gezet. Alida begint het warm te krijgen en Heine voelt met haar mee. Ik, met mijn tropenervaring, ben daar nog niet aan toe en geniet volop van deze heerlijk zomerse dagen. Het is wel zaak om de middagwarmte voor te zijn en nog even door te lopen naar het doel dat we ons voor vandaag gesteld hebben, dus na een kwartier rust, gaan we verder op onze route. We gaan onder het viaduct door en gaan linksaf de Waalweg op. Een enkele fietser kiest dezelfde route. Daar waar het staat aangegeven stappen we over het hek het Waalbos in. Een bos dat eigenlijk geen bos mag heten, want bomen zijn er nog niet. Wel de meest vreemde wilde planten met voor ons exotische bloemen. En hier in de ruimte en bij het naderen van het water van de Waal, komt er een lichte noordelijke bries opzetten, die aangenaam aanvoelt. De schapen blijven ditmaal op enige afstand van ons. Alida hoopt ze nog wel wat dichterbij te zien, maar de beestjes kiezen ervoor om dicht bij het water te blijven. Aan het eind van de route door 'het bos' is er weer een hek, waarover heen geklauterd moet worden om op de Waalweg te komen, die ons naar Rijsoord moet voeren, het einde van de tocht voor vandaag. Op het water is geen verkeer en ook langs de waterkant zijn geen mensen te bekennen. Hoe anders is het soms op andere keren? De zonneweiden liggen er verlaten en afwachtend bij. Wij worden niet afgeleid en wijden ons aan de prachtige huizen uit vorige generaties, netjes onderhouden en de moeite waard om bekeken te worden. Met belangstelling nemen we dit in ons op, alvorens bij de bushalte in Rijsoord onze tocht tot een voorlopig einde komt. Ik stel nog voor om in ieder geval nog even naar het voetbalstadion van Rijsoord heen en terug te lopen, maar ik krijg geen respons, dus ga ik ook maar zitten wachten op de bus die een half uur later arriveert en ons terugbrengt naar Zwijndrecht. Quirinus. |