Uiterlijk vol optimisme, maar innerlijk met twijfel in mijn hart kies ik voor de wandeling van 20 km. Het is lang geleden dat ik het aandurfde om zo ver te gaan. Gezondheidsperikelen weerhielden mij ervan. Samen met mij gaan ook Theo en Heine van start. Wij zijn tamelijk vroeg, maar het is dan al duidelijk te zien dat er veel belangstelling is. De auto's worden in goede banen geleid en wij treffen het dat we een plekje op het schoolplein krijgen aangewezen. Mede doordat we vroeg zijn, vertrekken we reeds om tien over acht. Theo maant mij om vooral rustig aan te beginnen. We volgen onze voorgangers over het pad langs het sportveld en komen na een wijl in de oude binnenstad uit. Hier vandaan moeten we meer op de gekleurde bordjes gaan letten om op koers te blijven. Natuurlijk raak ik af en toe achter voor het maken van foto's, want het thuisfront wil ook wat. Natuurlijk is Schoonhoven mij niet vreemd. Twee van mijn zussen hebben hier meer dan een halve eeuw hun residentie gehad. En menigmaal, in voorgaande jaren, ben ik de nazaten van hen hier tegen het lijf gelopen. De routebeschrijving geeft ons veel informatie over hetgeen we tegenkomen, zodat de wandeling door de stad meer een toeristisch karakter krijgt. Ongemerkt staan we voor de pont en hebben we de eerste vier kilometers afgelegd. Als laatste passagiers betreden we de pont en steekt de pont van wal. Heine is helemaal in extase. Allereerst door al de oudheden onderweg en nu met de overvaart. Hij is gek op dit soort wandelingen. Als we weer voet aan wal hebben gezet en onze tocht in de Alblasserwaard vervolgen, gaan we richting Nieuwpoort, ook al iets uit het verre verleden. Een stadje, onderdeel van de Hollandse Waterlinie en omringd door stadswallen. En weer is het Heine die glundert, hij komt wel aan zijn trekken. Eigenlijk is het teveel om op te noemen, maar voor het Arsenaal en het Stadhuis maak ik een uitzondering en hier sta ik dan ook even stil. Theo, gewend om vlugger voort te gaan, blijft geduldig wachten tot ik verder ga. We rusten in 't Havenlicht' en dragen zo ons steentje bij voor het goede doel. Tijdens deze onderbreking worden we vele malen begroet door wandelvrienden uit de SOP-periode. Maar ook andere bekenden maken kenbaar, soms alleen maar door een hand op te steken of een groet met het hoofd, dat zij mij of ons kennen. Het is hier goed toeven, maar aan alles komt een end. Theo is de eerste die overeind komt en wij volgen hem de trap af naar buiten. Zonder erbij na te denken, volgen we de andere wandelaars en komen na een poos bedrogen uit. Mijn gevoel heeft mij vertelt dat we niet goed gaan. We zijn op de 25-km route beland. We moeten terug. Er zit niet anders op. Dus rechtsomkeert en verder niet over lullen. Hoeveel we te ver gelopen zijn, komen we later wel achter. Meewarig worden we aangekeken, maar dat is over als we bij het elektriciteitshuisje op de goede koers liggen. Al gauw ruilen we nu de bestrating voor een graspad door een eindeloos groene wereld met links van ons een sloot. In de verte zien we een molen. Daar koersen we op af, maar halverwege is er een hek dat de weg versperd. Zonder hulp kom ik er niet overheen. Enkele dames zien mij klooien en steken een helpende hand uit. En verder gaat het weer. Op de molen af. Bij de molen aangekomen, staat het hek uitnodigend open. We nemen even de tijd om rond te kijken en foto's te schieten alvorens we op de houtkade verder gaan. Ik schat dat we ongeveer op de helft van de route zijn en ik voel mij nog prima. Geen centje pijn. Het weer, aanvankelijk druilerig, is aan het opknappen. De zon laat nog wel verstek gaan, maar probeert het. Dat is te voelen aan de temperatuur. Voorlopig weer een heel stuk rechtuit zonder koerswijziging. Van Langerak krijgen we niet veel meer te zien dan een plaatsnaambordje en enkele huizen op afstand. En eenmaal terug in Nieuwpoort voor een volgende pauze in 't Havenlicht, gaat het snel. Als de thee naar binnen gewerkt is, staan we onze plaatsen af aan anderen. We betreden de vestingwal en langs de begraafplaats om via een onderdijkse weg in de richting van de veerpont te gaan. De pont ligt nog aan de andere zijde van de Lek, maar het duurt niet lang of hij komt naar onze kant om ons over te zetten naar Schoonhoven. Nogmaals wordt ons een blik op de historische zilverstad gegund. Mooie oude geveltjes en bekende optrekjes uit de oude tijd. We gaan eraan voorbij, want het einde nadert en de finish lonkt. Het is net even over half twee als we bij het schoolgebouw binnenstappen en wij ons met een voldaan gevoel afmelden. Het is een mooie dag geweest. We hebben genoten. En de twee kilometers die we extra hebben afgelegd nemen we op de koop toe. En neem mij niet kwalijk als ik zeg dat ik trots op mezelf ben. Quirinus. |